Joe

De laatste maanden heb ik mij verwonderd over joe, dat wel gebruikt wordt naast het bekendere ja. Taaljournalist Gaston Dorren bracht dit tussenwerpsel laatst ter sprake als een van de gemeenzamere antwoorden die men op dankbetuigingen kan geven. Inderdaad, ik zeg vaak “joe” als iemand mij bedankt voor een bewezen dienst. Maar ik gebruik het ook om aan te geven dat ik iets gehoord heb of goed vind of zal doen: “Ik bel je later.” – “Joe.” “Kun je me hiermee helpen?” – “Joe.” Het is een zachtere, vriendelijkere vorm van ja en misschien ook wel te beschouwen als de Nederlandse weerga van het alomtegenwoordige Engelse okay.

Mijn Dikke van Dale uit 2004 duidt joe echter enkel als een antwoord op een vragende roep. “Ben je daar?” “Joe!” In het ontzaglijke Woordenboek der Nederlandsche Taal, dat in zijn geheel webzijdig is, staat het niet eens. En ja, in mijn ervaring duidt en gebruikt niet iedereen joe zoals ik dat doe. Is het aan het doorbreken of juist aan het verdwijnen?

In het Noors bestaat een vergelijkbaar woord: naast ja is er jo (spreek uit als een lange joe). Het dient onder andere als bevestigend antwoord op ontkennende vragen en kan doorgaans vertaald worden als ‘jawel’. Er du ikke sulten? (‘Heb je geen honger?’) – Jo, jeg er sulten (‘Jawel, ik heb honger’). Het kan ook wel de betekenis ‘immers, toch’ dragen, maar dat gebruik is overgenomen van het Nederduits. Vergelijk daarvoor het veelvuldige gebruik van ja in het Gronings, welk op meerdere plekken in een zin kan staan en bij vertaling vaak wordt weggelaten: Wat gevoarlek ja! (‘Wat gevaarlijk!’); Dat kin ja nait (‘Dat kan niet’).

Het is mogelijk dat Nederlands joe van hoge ouderdom is en met Noors jo teruggaat op een Oudgermaans *jō ‘jawel’. Dit zou dan een gerekte vorm zijn van het beter bekende *ja.  Dergelijke klinkerrekking kwam in het Oudgermaans wel vaker voor in afleidingen en nevenvormen. Vergelijk de afleiding *hōniz (Nederlands hoen) van *hanō (Nederlands haan), of *mōrą (Nederlands moer ‘drassig land’) van *mariz (Nederlands meer). Ook in namen kwam het voor, zoals in *Bōlō (Nederlands Boele) naast *Balō (Nederlands Bale). Bovendien werd de verleden tijd van sterke werkwoorden van klasse VI met deze klinkerrekking gevormd: *ik drōge (Nederlands ik droeg) naast *ik dragō (Nederlands ik draag).

Maar wellicht zijn Nederlands joe en Noors jo –onafhankelijk van elkaar– veel jongere vervormingen van ja. Al rijst dan de vraag of hier niet sprake is van diezelfde Germaanse klinkerrekking, doch in latere hoedanigheid. We kunnen ten slotte nog doeg naast dag vergelijken, waarbij de ouderdom ook maar moeilijk is vast te stellen. Het zijn ja woorden die tot de alledaagse spraak behoren en zulks vinden we niet zo gauw in de oudste geschriften.

Gebruikt u ook joe? Zo ja, hoe?

18 gedachtes over “Joe

  1. ik hoorde het vroeger (oost-nederland, twente) samen gebruiken. Joehoe-oe, is daar iemand?
    Als je een geluid in huis hoorde, of een vertrouwd huis binnenkwam, je je iets onzeker voelde.
    Uileroep? Je sloot aan bij het geluid van de wind rond het huis. Ja ha-a is ander geluid.. helder.
    Blijkbaar waren huizen en winkels onoverzichtelijker en toegankelijker, daardoor ook beetje “spooky”, of bijgeloof lag nog “op de loer” (ook oe-klank;-)

  2. He Olivier!
    Grappig onderwerp.
    In mijn familie wordt het ook op de door jou beschreven manier gebruikt.
    Bijvoorbeeld als reactie op bedanken bij afscheid – ‘En bedankt voor je komst!’ – ‘ Joe!’
    Of als antwoord terwijl je bezig bent.
    – ‘Heb je gedacht om de deur op slot te doen?’ – (licht afwezig) ‘Joe’.
    Mijn beide ouders gebruikten het al.
    Komen uit Rotterdam en Schiedam.
    Wel heb ik het grootste gedeelte van mijn leven in Groningen doorgebracht.

  3. Zelf zeg ik nooit ‘joe’ maar ik herinner me welgeteld één persoon (getogen in Den Haag en omstreken) die het gebruikte als antwoord op een dankbetuiging, en volgens mij ook in de andere gevallen die je noemt. Dat had inderdaad iets zachtaardigs, al zou ik het ook nonchalant of onverschillig (op een positieve manier dan) kunnen noemen.

  4. Wat mevrouw Marian e. vermeldt gebruiken wij ook, en ‘jo, de mannen’ komt ook over onze lippen. Meer zit er echter niet in.
    We gebruiken in West-Vlaanderen joe als een equivalent voor het Engelse you, meer niet. Voor ‘ja’ gebruiken we jō maar dan alleen heel algemeen (jō ’t is waar). Als we ‘ja’ (en nee) gebruiken dan trekken we er altijd een persoonlijk voornaamwoord bij. Sommige mensen spreken soms foutief van ‘vervoegen’.
    Dat wordt dan:
    Zie ik hem? jaag njig, jaaje nije (ja gij neen gij, ja jij neen jij)
    Zie jij hem? Jaak nink (ja ik neen ik)
    Ziet hij hem? Jaaj nij (ja hij neen hij)
    Ziet ze hem? Jaas nins (ja zij neen zij)
    Zien we hem? Jaaw niw, jaam nim (ja wij, neen wij)
    Zien ze hem? Jaas nins (ja ze neen ze)
    Is het koud? Jaat nint (ja het neen het)
    ’t Gaat voor een West-Vlaming van boven de veertig vanzelf, maar de jeugd lijkt wat achterop te raken. Iemand die geen West-Vlaming is, valt natuurlijk onmiddellijk door de mand want gemakkelijk is het niet, zeker als het automatisch moet. Ik weet niet of dit in andere Nederlandstalige gebieden bestaat.

  5. Leuk artikel! Vooral die link naar het Noors is interessant! Ik gebruik “joe” vrij veel en vooral in de zin van “begrepen”, “accoord”. Inderdaad als synoniem van “OK”.
    In deze contekst is het misschien ook zinvol om eens te kijken naar het (Stads-)Friese “juh”, dat net als het Groninger “ja” als tussenwerpsel wordt gebruikt: Gaast met naar skoal (juh)?

  6. ‘joe’ zal allicht wel niets anders zijn dan een (streekgebonden) klankvariant van het huidige Nederlandse woordje ‘ja’ (in zijn algemene betekenis bevestigend, instemmend, aanvaardend…). In Vlaanderen hoort men toch vooral de klankvariant ‘jô / joa’ maar meestal meer neigend naar ‘jow ‘ ( contractie ‘ja-wel’?) zoals ik dat zelf ook wel eens in de mond neem. Misschien is ‘joe’ ook wel een oude contractie van ‘ja + du’ (in Vlaanderen: ja, gij..)?
    Wellicht vanuit een andere richting komt het in Vlaanderen in zeer welbepaalde streken (door oudere mensen) gebezigde woordje ‘zjeur’ waarmee ze iemand ‘goedendag’ wensen of hun verwondering/ongeloof/afkeuring uiten, zoals in ‘zjeur, man….’ (= ja, zeg…/ wat je nou zegt…).
    Dit gaat ongetwijfeld terug op het Franse ‘jour/bonjour’ dat – toevallig – ook die ‘oe’-klank heeft.
    Ter zijde: graag enige toelichting bij het door u gebezigde bepalende woordje ‘WEBZIJDIG’?

    1. (Met webzijdig bedoel ik dat diens bladzijden op het web staan, oftewel beschikbaar is in de vorm van web(blad)zijden. Mijn hoop was dat deze betekenis uit het zinsverband op te maken was.)

      1. Dankie. Webklaar, webgaar of websnappig zou ik anders ook wel mooi willen vinden, zoals ik ook ‘webben-webde-gewebd’ een mooie keerkant voor ‘surfen-surfte-gesurft’ zou durven vinden!

  7. Die ‘ ‘jow ‘ is dus een contractie van ja+wij en kan alleen worden gebruikt wanneer in het antwoord een wij kan staan ‘zie hierboven. Gaan we naar huis? Jow (betekent ‘ja wij, of ja wij gaan naar huis). Ik heb hem als ‘jaaw’ geschreven, maar misschien toont de o- of oe-notitie een wat reëlere klank.
    Die ‘zjoer’ (’t klinkt echt als een ‘oe’) komt inderdaad van het Franse ‘bonjour’ en betekent gewoon ‘goede dag’.

  8. In West-Vlaanderen kan ‘jow’ best alleen voor ‘ja+wij’ staan, in Oost-Vlaanderen is dit bij mijn weten niet zo (wel: ‘joam’). ‘Jow’ is in Oost-Vlaanderen een klankvariant voor een bevestigend ‘ja(wel)’ en het kan ook een soort gediftongeerde vorm van ‘joe’ zijn. Toch merkwaardig dat zowel het door Luc Vanbrabant aangehaalde – ‘jô, de mannen!’ – als het door Marian e. aangehaalde – ‘joehoe- oe, is daar iemand?’ – het bevraagde woordje ‘joe’ niets met een bevestigende ‘ja’ te maken heeft maar duidelijk wijst op een soort groet, een ‘goedendag’, in het Frans ‘bonjour’, dat in Oost-Vlaanderen en meer bepaald in de streek tussen Dendermonde en Sint-Niklaas helemaal niet verklankt wordt als ‘zjoer’ maar heel duidelijk als ‘zjeur’ en bovendien in die klankvorm aldaar niet beperkt is tot de éne betekeniscontext van ‘goede dag’.

    1. Beste heer Van Hecke,

      Laat dat nu net een mooi voorbeeld zijn van taalevolutie. Ik neem zeker aan dat in Oost-Vlaanderen de ‘jow’ niet meer wordt begrepen als ‘ja+wij’, maar dat neemt niet weg dat daar de oorsprong ligt. Met het door u aangehaalde ‘joam’ bewijst u dat de Oost-Vlaamse taal in haar evolutie de betekenissen van die verschillende ja’s is verloren en dat alleen een paar versteende woorden zijn gebleven die dan nog in betekenis zijn gaan verschillen. Daar zijn een tweetal duidelijke redenen voor. Het West-Vlaams is haar Saksische oorsprong langer blijven koesteren terwijl het Oost-Vlaams zich al heel lang geleden heeft gelaafd aan de Frankische, Brabantse buurtaal (dixit professor Devos) en daardoor is Oost- van het West-Vlaams is gaan verschillen.

  9. Bedankt voor de reacties, beste mensen.

    Laat mij er nog aan toevoegen dat doeg kennelijk uit de Zaanstreek afkomstig is. Al vraag ik me af of daar niet eerder sprake is van een overblijfsel van een verschijnsel dat ooit wijder verbreid was.

    Dus zelfs als wij bevinden dat joe vooral in een bepaalde streek voorkomt, dan zou ik nog niet willen besluiten dat het daar ontstaan is en elders nooit is voorgekomen.

  10. Ik heb vroeger (naast ‘joe’) regelmatig ook een soort lange ‘jo(o)’ gehoord. Even vaak van oude mannetjes als van jonge lui, overigens.

  11. Jo(w): bij het ontmoeten en verlaten van iemand aan de telefoon of op straat
    Joe: laatste groet bij het ophangen aan de telefoon of in de zin van ‘Joe de manne!’
    Joema: (Ja maar) iets sterkere betekenis dan (Joa ma)
    Joa: (Ja) bevestigend

  12. Het verschil tussen ‘jo’ en ‘ja’ kreeg ik al vroeg door toen ik Deens begon te leren. Het grappige is, dat de Denen zelf meestal helemaal niet de regel kennen, die bepaalt wanneer je het één of het ander gebruikt. Maar ze doen het wel automatisch juist. Op feestjes en dergelijke stel ik dit vraagstuk wel eens voor aan de Denen, maar slechts zelden kan iemand de onderliggende regel beschrijven! 😀

    Is er overigens niet eenzelfde verschil tussen Frans ‘oui’ en ‘si’?

  13. Hier in het Westland wordt het veel gebruikt. Ik gebruik het zelf ook vaak, het is gewoon heel makkelijk.

    ”Wil je nog een bakkie koffie?” joe
    ”Vanavond ff naar de kroeg?” joe
    ”Ik blijf nog even hangen, ga maar alvast” joe
    ”Fijne dag nog!” joe! of ”Joe! jij ook!”

    Het is zo veelzijdig te gebruiken zowel als: oké, ja, is goed, doe ik!

  14. In Renswoude(provincie Utrecht grenst aan Gelderland) en de regio er omheen wordt “joe” voornamelijk gebruikt als een vorm van “doei” en als “Ja, is goed!”
    Ik gebruikt het dagelijks, voornamelijk als de “doei” vorm.

    “Jow” wordt ook vaak als “doei” gebruikt hier in de regio, misschien dat daar ook een link ligt.

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.