Hadewijch

Orewoet

In het Vroegmiddelnederlands en het Middelnederlands, en dan vooral uit de pen van de 13e eeuwse dichteres en mystica Hadewijch, is het geheimzinnige woord orewoet te vinden. Het betekent zoiets als ‘gloed, hitte, vurigheid, drift; geestelijke gloed; ecstase’. Het tweede lid is duidelijk hetzelfde als Middelnederlands woet ‘waanzin, razernij; hartstocht, drift; smart, weemoed; in mystieke geschriften, vurige onrust, brandende begeerte’. Hiervan is ons een latere vormvariant overgeleverd, namelijk woede ‘razernij; drift’.

Het eerste lid is echter een raadsel. Het Woordenboek der Nederlandsche Taal (WNT) acht het onwaarschijnlijk dat het gaat om het voorvoegsel oor-, zoals in woorden als oorsprong, oorlog en oorkonde. Immers, dit voorvoegsel luidde in het Middelnederlands in beginsel or-, en slechts sporadisch ore-. En dan oppert het WNT een andere mogelijkheid: “Misschien is het oorspronkelijk de benaming van een ziekelijk verschijnsel, eene soort van waanzin, waargenomen bij het eene of andere dier, veroorzaakt door een steek in het oor door het eene of andere insekt, b.v. een paardevlieg. Misschien mag men eene bevestiging van deze meening zien in [Middelhoogduits] orenwützel, oorworm (…), doch het tweede deel dezer samenstelling is niet duidelijk.” Ik acht zo’n samenstelling met ons oor- ‘gehooroorgaan’ zelf onwaarschijnlijk. Een belangrijke reden is dat in het Middelnederlands dat woord in samenstellingen steevast oren- luidde. Met een -n- dus. Het komt dan ook van het zwak verbogen Oudgermaanse woord *auzan ‘gehooroorgaan’.

Ik denk aan een andere herkomst. Wat onderscheidt orewoet van woet, in betekenis? Het eerste woord heeft een grotere nadruk op noties als gloed en vuur. Mogelijk is dit een aanwijzing dat ore- ter aanduiding van gloed en vuur was. Nu wil het dat er een oude stam is die formeel en semantisch gezien precies past, namelijk Oudgermaans *aus-/*auz-, te vinden in oost (de windrichting van de rijzende, schijnende zon), en buiten het Germaans in onder andere Latijn aurōra ‘ochtendschemer; het oosten’. Waarschijnlijk is het ook te vinden in *Auziwandilaz; een oude naam uit de Oudgermaanse mythologie die is gereconstrueerd op basis van Oudnoords Aurvandil, Oudengels Ēarendel, Lombardisch Auriwandalo, Oudhoogduits Orentil, Erentil en Middeleeuws Latijn horwendillus. Deze naam *Auziwandilaz behoorde in het Oudgermaanse verleden toe aan een zekere held, en aan een ster, en betekende waarschijnlijk iets in de strekking van ‘lichtende doler’.

Het woord orewoet zou dan op te vatten zijn als ‘lichtende drift’. Wanneer het gevormd is, is onduidelijk, aangezien er geen tegenhanger van bestaat in andere Germaanse talen. Indien het in het Oudgermaans al bestond, dan had het *auziwōdaz (mannelijk) of *auziwōdō (vrouwelijk) kunnen luiden. Het grootste probleem met deze hypothese is dat er in de geschiedenis van het Nederlands geen ander voorbeeld is van een samenstelling met dit lid. Er is zoals gezegd wel het woord oost, maar dat is een oude afleiding die al lang bestond voordat het Oudgermaans uiteenviel in verschillende talen.

Hoe het ook zij, ik vind orewoet een prachtig woord en zou graag zien dat het weer een plek krijgt in onze hedendaagse taal. De huidige vorm zou dan trouwens orewoed of oorwoed zijn. Ik verkies de eerste vorm; die klinkt beter en voorkomt hopelijk verwarring.

Overigens las ik dat orewoet het mooiste woord is volgens emeritus hoogleraar dialectkunde Toon Hagen:

[Het woord] rolt voort met de ronde, achter in de mond hangende oo- en oe-klanken, niet gehinderd door de lichte, glijdende en halfvocalische medeklinkers, tot het afgesloten wordt met een ferme explosieve t. […] rond en donker van klank, duister als samengestelde vorm, zonder scherpe grammaticale contouren – het woordgeslacht kan vrouwelijk, mannelijk en onzijdig zijn – en rood van koloriet, want het woord is doorstraald van minnegloed”.

O, en J.R.R. Tolkien, de welbekende professor Oudengels, vond Ēarendel zo mooi, dat hij een woord in een van zijn eigen Elventalen erop baseerde: Eärendil. Let wel, in zijn taal betekent het woord iets geheel anders; het ging hem met name om de klank.

13 gedachtes over “Orewoet

    1. Beste George,

      Het voorvoegsel oer- is (pas in de 19e eeuw) ontleend aan Duits ur-, dat op diens beurt in oorsprong gelijk is aan Nederlands oor-, zoals te vinden in woorden als oorsprong, oorlog en oorkonde.

      Zoals ik schreef in het stuk is dit voorvoegsel oor- waarschijnlijk niet te vereenzelvigen met het eerste lid van orewoet.

      Dan is er ook nog Oudgermaans *ōzan, vanwaar Oudengels ór ‘begin’. Dit woord is in onze streken niet opgeschreven, maar zou in het Middelnederlands en Nederlands *oer hebben geluid en past derhalve ook niet in orewoet.

      1. Heeft die vorm dan geen relatie tot “oer” als in “ijzeroer” (Eng. “ore”)? De vurige krachten die nodig zijn om ijzer te winnen en te smeden klinken echt als “orewoet”.

    1. Oud Deens “ore”: ‘uopdyrket areal’ “Niet verbouwt areal”
      Bron: Den Danske Ordbog onder ur- præfix

  1. Weeral een interessant stuk over een interessant woord (hoe hoort?).
    In de meest simpele beschouwing ben ik geneigd te denken: welk mysterie?
    dit is toch gewoon de “oer-woede”, niet?

    In dezelfde betekenis zoals we nu nog gebruiken van alletwee de woorden.
    Wat woedt er vanaf het begin en zonder einde, op zich staand en zonder kunstmatige inmenging van buitenaf of de mens, dat is toch de oer-woede? Het heilige vuur in de mens (vooral door de mystici herkend), het oer-woud in de natuur. De “woede” als zelfstandig naamwoord gebruiken we nu bijna enkel meer in de negatieve betekenis en vorm van ongecontroleerde en destructieve razernij/opwelling. Maar het werkwoord verraadt dat er ook een betekenis van ontembare en natuurlijke voortstuwing/generatie/inspiratie in zit. De woet die Hadewijch beschrijft, lijkt me geen destructieve razernij gevuld met negatieve gevoelens. Mij lijkt het dus niet de woede zoals wij die nu nog maar enkel gebruiken, maar wel de woede van het ‘woeden’. Vuur woedt, zoals we weten. Het oer-vuur dus ook 🙂

    Net zoals in het Oera Linda boek kan het deze Od zijn, die niet alleen aan de basis van de goddelijke in-spiratie ligt, maar dus ook gewoon aan de basis van het leven op zich.

    De Od-Woet-Woede in-spireert het leven dus van begin tot einde. Van de aanhef tot de ommegang.

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.