Leuke gedichtjes

In een verloren ogenblik hoorde ik onlangs een mij onbekend persoon – vast een Bekende Nederlander – in een praatprogramma vertellen over de ‘leuke gedichtjes’ die hij geschreven had. In gedachten probeerde ik me, overigens zonder veel succes, voor te stellen hoe een Engelse gast dit gezegd zou hebben. ‘Nice little poems’ was mijn beste maar weinig bevredigende gooi: ik geloof niet dat ik dit daadwerkelijk ooit gehoord heb.

Als taal groeit uit cultuur, zijn het juiste de meest in het oog springende bloemen en uitwassen die het best haar unieke culturele voedingsbodem blootleggen. In de Engelse taalkunde spreekt men ook wel van de ‘culturally rich points’ van een taal: onvertaalbare woorden en uitdrukkingen als ‘gezelligheid’ en ‘gentlemanly interest’ (dat ik onlangs in een te vertalen tekst tegenkwam). Volgens mij is ook ‘leuk gedichtje’ hier een voorbeeld van, niet alleen in het bijvoeglijk naamwoord ‘leuk,’ maar vooral ook in het verkleinwoord ‘gedichtje.’

Op zich is er natuurlijk niets mis met ‘-je.’ Sterker nog, dat het Nederlands in tegenstelling tot veel andere talen over een dergelijk achtervoegsel beschikt, vergroot onze uitdrukkingsmogelijkheden. Voor ‘lieve konijntjes’ mag men mij dan ook gerust midden in de nacht wakker maken – maar kom alsjeblieft niet met ‘leuke gedichtjes’ aan. Het overmatig gebruik van ‘-je’ weerspiegelt volgens mij een twijfelachtige eigenschap van onze cultuur: als iets dreigt te belangrijk te worden, te hoog boven ons platte landschap uit te reiken, snoeien we het haastig terug.

Zo lezen we niet alleen ‘gedichtjes’ en ‘verhaaltjes,’ maar luisteren we ook naar de onontkoombare ‘liedjes,’ en hebben we zelfs een ongetwijfeld riant en onbetaalbaar ‘huisje’ in Frankrijk. We verwarren pretentie en gewichtigdoenerij met het serieus nemen van dingen die werkelijk belangrijk zijn. Geen wonder dat een Engelse uitdrukking als ‘high seriousness’ omgekeerd nauwelijks naar het Nederlands over te zetten is – en dat onze cultuur nooit een piek als Dante, Milton of Goethe voortbracht, maar wel een stortvloed aan leuke gedichtjes.

9 gedachtes over “Leuke gedichtjes

  1. Goeie Kasper, prima observatietje. 😛
    Als Engelstalige vind ik het ‘-je’ verkleinwoordpartikel ook erg…wel, ronduit ‘naar’ en uitermate kleingeestig klinken en storend vaak. Alsof het gehele woord te echt en te zwaar is voor de Nederlanders. Overigens heeft het Duits natuurlijk ‘-chen’ en er bestaan ook vele dialectvormen.

    Wat het precies is, tja. Daar heb ik mijn hoofdje ook wel eens over gebroken.

  2. Goed verwoord, dit probleem met de (Nederlandse) cultuur. Heb er wel vaker over gedacht, maar nooit een poging gewaagd er iets over te schrijven. Zoals Bart Jan Spruyt het ooit zei: onze cultuur heeft een tekort aan ernst. Telkens als we op serieuze wijze het ware, schone of goede benaderen, vluchten we er voor weg. Alsof iets wat we bij voorbaat niet serieus nemen ons ook niet kan schaden.

    Als je naar de Amerikaanse cultuur kijkt – de enige andere waar ik echt bekend mee ben – dan zie je daar veel meer een soort besef dat waar men het over heeft “echt ergens over gaat”. De Pledge of Allegiance, bijvoorbeeld, die de kinderen daar elke morgen op school nog steeds uitspreken zou hier alleen maar met gegniffel benaderd worden.

  3. Een raak stuk, Kasper.

    Ja, dat vlakke land biedt weinig uitzichten die bij ons een indruk op de ziel achterlaten. Er zijn weinig uitzichten die ons roeren tot nederigheid en daarmee ernst. Er zijn heuvels noch bergen noch duistere wouden die bij ons een honger naar het geheimzinnige doen groeien. In onze jeugd prikkelt niet de vraag wat er achter deze of gene hoge kimme zou schuilen.

    En er zijn weinig landen zo verstedelijkt en verparkelijkt als Nederland. Men groeit hier op in een wereld die door mensenhanden is gemaakt en wordt nauwelijks ergens overweldigd.

    1. Toch heb ik dat wel hoor, Olivier. Laatst nog, terwijl ik naar Nijmegen reed, en de stad daar uitgestrekt al over de oever der rivier zag liggen. Een hotel, wat de niel van een machtige burcht geleek, stond daar hoog op een rots en haar toren tuurde over de wijde verte. Een nog laagrijdende Zonne begoot het geheel met gouden gloed en de weerzinwekkende warboel van de stad stond me aanmerkelijk minder tegen.

      Zo zijn er meer van dat soort momenten…misschien moet je gewoon meer zien van wat er niet is. 😉

  4. Dank voor de reacties. De algemene neiging tot ‘uitvlakking’ zal vast iets met ons landschap te maken hebben. Zo hoorde ik onlangs iemand iets zeggen in de trant van ‘En toen gingen we naar een cafeetje, want ja, het zonnetje scheen…’ Op zo’n moment zou ik graag uitleggen dat hij het heeft over een enorme brandende bol gas met een diameter van zo’n 1,4 kilometer ofwel een machtig symbool van (wegstrepen wat niet gewenst is) Apollo/Christus/het goddelijke in de mens. Er zit ook een zekere arrogantie in deze neiging om alles omlaag te trekken naar je eigen niveau. Zoals je zegt Olivier, een gebrek aan nederigheid en ontzag .

    Verder vind ik vooral het contrast met de Engelse/Amerikaanse cultuur, waar ikzelf minder direct contact mee heb gehad, erg interessant. De ‘Pledge of Allegiance’ is nog een mooi voorbeeld, en bij het vertalen heb ik ook altijd grote moeite met het bijvoeglijk naamwoord ‘great’. Andersom ken ik (gelukkig) geen Engels equivalent voor het alomtegenwoordige ‘doe maar gewoon, dan doe je al gek genoeg’.

  5. Pingback: Sjwa « Taaldacht
  6. Precious, Kasper, Precious! Ik weet voor het woord precious even geen goede vertaling, waardevol, ja, prachtig, ja, kostbaar, ja, maar deze woorden missen in mijn gevoel allen de emotionele waarde die ik voel bij het lezen van je artikel. Dank je wel!

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.