Het varen van de ziel

Toen de zendelingen in de Germaanse wereld te werk gingen zochten zij in de volkstaal een woord ter vertaling van het Griekse psūkhḗ en het Latijnse anima voor dat onstoffelijke en onsterfelijke deel van de mens volgens de blijde boodschap. Het werd *saiwalō, de voorloper van ziel, een woord dat kennelijk vrij van al te heidense voorstellingen was. Over de diepere oorsprong is lang getwist, maar nieuwe overwegingen zijn onthullend. Lees verder “Het varen van de ziel”

Onder hoede van de hemelse tweeling

Hoe zou hier heden een heidendom in hoge beschaving eruitgezien hebben, als het herontstaan ware of nooit verdwenen? Licht voorstelbaar zijn vredig omboste hoven van kunstige houten wijhuizen met gulden smuk onder rieten dak—waardige tegenhangers van zulke plechtige doch eenvoudige oorden als Ise Jingū in Japan. En wellicht zou op veel gevels een opvallend beeld prijken: een tweetal gekruiste paardenkoppen. Lees verder “Onder hoede van de hemelse tweeling”

Zwart als een ulk

De herfst vordert en de nachten groeien almaar langer. Er is geen betere tijd om te spreken over wat immer daar is, wachtend: de griezels in het donker. Velen van ons kennen de nachtmare, de onnoemelijk kwaadaardige schaduw die des nachts het bed nadert wanneer wij hulpeloos verlamd zijn. Maar er zijn andere aanwezigheden—onder vele namen—die ons willen grijpen vanuit de duisternis. Een zo een is de ulk, zoals die heet in Saksische streken. Lees verder “Zwart als een ulk”

Op zoek naar Ister, vader van Germanen

De geschiedenis is rijk aan verhalen over de oorsprong van goden, vorsten en volkeren. In Japan heet het keizerlijke huis af te stammen van Amaterasu, de zonnegodin die zelf uit het oog van de schepper Izanagi gekomen is. Volgens de IJslandse overlevering zijn de eerste twee mensen, Askr en Embla, gemaakt van stukken hout die de goden op het strand vonden. En bij ons klonk ooit het loflied van een oerwezen en zijn zoon en kleinzonen, vanwaar de drie Germaanse volkeren in Middelgaard hun naam hadden. Lees verder “Op zoek naar Ister, vader van Germanen”

De heilgodin

Uit de tijd dat Rome het Rijnland bezette met het oog op de rest van Germanië zijn ons vele namen van daar inheemse godheden overgeleverd. De meeste vindt men op de zogenaamde wijstenen waarmee men eer bewees of blijk gaf een gelofte aan zulke wezens te hebben vervuld. Vaak komt zo’n naam weinig voor en is het gissen naar de betekenis. In het geval van Alateivia, bekend van een enkele wijsteen, kunnen we echter met enig vertrouwen zeggen: dit ware een godin die voor lijfelijk heil werd ingeroepen. Lees verder “De heilgodin”

Orendel

In bijzonder nieuws is vandaag onthuld dat er aanwijzingen voor leven op Venus zijn ontdekt. Fosfine, een gas dat nauw met leven samenhangt blijkt in grote hoeveelheden voor te komen in de dampkring aldaar. Dat is gelijk een dichterlijk toeval, want fosfine is een fosforverbinding en het woord fosfor komt van Phōsphóros (‘lichtdragend’), de Griekse naam voor de morgenster, oftewel Venus. Laat het tevens bekend zijn dat onze Germaanse voorouders er hun eigen naam voor hadden: *Auzawandelaz, vanwaar Nederlands Orendel. Lees verder “Orendel”

Eresburg endi Irminsúl

Op een groene heuvel in het Sauerland in het jaar 772 verdedigen de heidense Saksen met hand en tand de belangrijke Eresburg tegen de Franken onder koning Karel, die kort tevoren de oorlog heeft verklaard. Hij weet haar te veroveren en verwoest ook gelijk een van de heiligste heiligdommen der Saksen: de Irminsúl. De burcht blijft betwist en wisselt nog enkele malen van hand, maar Karel behaalt de laatste zege en laat er een kerk bouwen. Van de naam Irminsúl is de godsdienstige betekenis bekend, maar ook Eresburg zou een belangrijk aandenken aan de voorchristelijke wereld kunnen bewaren. Lees verder “Eresburg endi Irminsúl”

Een stel in een woord

De tauw—de onderliggende schikking van het bestaan—behelst tegenstelling en wederzijdse afhankelijkheid, waarbij het ene door het andere betekenis heeft. Zo weten wij wat warm is omdat wij koud kennen, en andersom. In de oude Zijderijkse wijsbegeerte wordt zulke tweeheid gevat in het bekende begrip yīnyáng, oftewel ‘donker en licht’. Niet toevallig is dat woord het toonbeeld van een stelwoord, zoals ook Gronings voaiemoeke ‘vader en moeder’ en Oudindisch dyāvāpṛthivī ‘hemel en aarde’. Lees verder “Een stel in een woord”

Ravenroem

Bloed vloeit en volk valt op het slagveld. Boven het luide gedrang zweven grote zwarte vogels in hoge afwachting rond: zij zullen zich aan de lijken verlustigen zodra de strijd beslecht is. Maar het zijn niet zomaar aaseters, het zijn dieren van hoog verstand, en het betaamt dat de zienergod Woen—het grote voorbeeld van krijgers in Middelgaard—twee van hen als helpers heeft om hem elke dag nieuws te brengen. Wij spreken uiteraard van raven. Lees verder “Ravenroem”

De tauw

Het was een geweldig toeval, als het geen bevestiging van hogerhand mag heten. Ik zocht een voorouderlijk woord voor de onderliggende schikking van het bestaan en vond het Oudgermaanse *tēwō. Daarmee werd weliswaar ‘orde’ in het algemeen bedoeld, maar de Nederlandse voortzetting zou tauw luiden en laat dat nu ook de uitspraak zijn van tao, zoals de kosmische orde heet in de wijsbegeerte van het oude Zijderijk. Heden kan ik zeggen: de tauw als woord en begrip is van de hoogste waarde in de bezinning op het bestaan en de hernieuwing van onze taal en zeden. Lees verder “De tauw”